Voorzorg geëvalueerd

AJN Jeugdartsen

Bron: Verwey-Jonkers Instituut

In opdracht van het Nederlands Centrum Jeugdgezondheid (NCJ) voert het Verwey-Jonker Instituut een evaluatieonderzoek uit naar VoorZorg. Hiervoor wordt onderzocht hoe uitvoerders en cliënten VoorZorg ervaren en waarderen. VoorZorgverpleegkundigen zijn tussen 6 november 2020 en 6 december 2020 benaderd om een vragenlijst in te vullen over VoorZorg. Zij zijn gevraagd ook over de langstlopende cliënt en meest recent voortijdig gestopte cliënt te rapporteren. De langstlopende cliënten is ook gevraagd hoe zij VoorZorg beoordelen. Van de 91 beschikbare VoorZorgverpleegkundigen hebben 63 de vragenlijst ingevuld. Hieruit bleek dat de handleiding en verschillende instructies positief worden beoordeeld. De instructies voor de peuterperiode, de opbouw in tijdsblokken en de sociale vaardigheidsoefeningen worden ook als voldoende beoordeeld, maar scoren iets lager.

De volgende aanbevelingen worden gedaan voor de handleiding en instructies:

1. VoorZorgverpleegkundigen hebben behoefte aan meer informatie en materialen voor de peuterperiode. Het NCJ werkt al aan het voorzien in deze behoefte. We raden aan om tot die tijd alternatieven te bieden. Het NCJ raadt aan de Groeigids te gebruiken.

2. In de handleiding kan bij het werken met de opbouw in tijdsblokken meer uitgelegd worden hoe VoorZorgverpleegkundigen hier flexibel mee om kunnen gaan.

3. De sociale vaardigheidsoefeningen worden nu maar gedeeltelijk gebruikt terwijl de instructie niet zo is ingericht. Het is aan te bevelen een meer geschikte invulling hiervoor te vinden of de huidige oefeningen meer modulair aan te bieden, zodat dit past binnen hoe er momenteel al gewerkt wordt met dit onderdeel

4.Er is grotere spreiding in de beoordeling van de spraaktaalontwikkeling van kinderen en de opvoedvaardigheden. Daarom doen we de aanbeveling om na te gaan of de bijbehorende materialen goed genoeg te begrijpen zijn voor cliënten met een laag opleidingsniveau of licht verstandelijke beperking en wellicht meer visuele ondersteuning nodig hebben. De samenwerking met het lokale werkveld wordt zeer positief beoordeeld. Het NCJ onderneemt al stappen om de positie van VoorZorg ten opzichte van andere hulpvormen te verbeteren. Om de toeleiding uit relevante partijen op peil te houden, kunnen VoorZorgverpleegkundigen en het NCJ per gemeente gericht inzetten op het onder de aandacht brengen van VoorZorg. Daarbij kan ook verduidelijkt worden wat wel en niet verwacht kan worden van de VoorZorgverpleegkundige, onder andere met betrekking tot rapporteren over
de voortgang aan andere partijen.

Download hier het “Evaluatieonderzoek VoorZorg” (pdf)