Er zijn 2 nieuwe hulpmiddelen die de samenwerking tussen de jeugdgezondheidszorg (JGZ) en mondzorg ondersteunen. Een verwijskaart maakt het actief toeleiden van kinderen door het consultatiebureau naar de mondzorgpraktijk makkelijker. En een tipskaartje helpt ouders om de belangrijkste adviezen voor goede zelfzorg voor tanden en kiezen te onthouden. De hulpmiddelen zijn een initiatief van de beroepsvereniging van tandartsen KNMT.
Met behulp van de verwijskaart, het eerste nieuwe hulpmiddel, kunnen consultatiebureaus ouders op een mondzorgpraktijk in de buurt wijzen om een afspraak te maken als hun kind zijn eerste tandje heeft gekregen.
De tweede tool, het tipskaartje, zorgt ervoor dat de ouders die voor het eerst met hun kind naar de tandarts zijn geweest de adviezen uit het eerste consult nog eens na kunnen lezen en zo makkelijker kunnen onthouden. Tandartsen, mondhygiënisten of preventieassistenten kunnen het kaartje na het eerste bezoek uitreiken. De ouders kunnen deze thuis vervolgens op een handige plek bewaren, bijvoorbeeld bij de spiegel in de badkamer of bij de familieplanner.
De genoemde hulpmiddelen staan op de website van de KNMT.
Samenwerking verder bevorderen
De KNMT kwam samen met de vereniging voor jeugdartsen AJN eerder al met een handreiking voor de samenwerking, de Praktijkkaart jeugdarts – tandarts. Met de lancering van de 2 nieuwe hulpmiddelen hoopt de KNMT de samenwerking tussen de JGZ en mondzorg nog een extra stimulans te geven.
Actief toeleiden werkt
Actieve toeleiding vanuit het consultatiebureau naar de tandarts is namelijk een heel effectieve methode om meer kinderen bij de tandarts te krijgen*. Dat is nodig, want in sommige gebieden komt wel tot een kwart van de jeugdigen niet op controle. Maar als de jeugdgezondheidszorg ouders actief doorverwijst naar de mondzorg dan gaat meer dan de helft van de kinderen in hun 1e levensjaar (dus na het doorbreken van het 1e tandje) naar de tandarts. En die kinderen hebben op hun 5e tot 20% minder gaatjes.